René en Léon dompelen zich onder in de geschiedenis van sanatoria en gestichten, van elektroshock en andere behandelmethoden. Onder vijftiende-eeuwse gewelven door dwalen ze door de gangen van Coudewater, een klooster dat een psychiatrisch ziekenhuis werd. René vertelt over het oude gesticht, dat voor zijn tijd enorm modern was; over de artsen Van den Bogaard en Pompe en hoe zij aan hun patiënten kwamen; over de dames- en herenvilla, een rustoord waar veel rijke mensen verbleven. Hij bezoekt ondertussen het museum en eindigt op de begraafplaats.